Shaolin Kung Fu

Rond het jaar 527 arriveerde de Indiase monnik Bodhidharma (Chinees: Da Mo) bij de Shaolin tempel. Bodhidharma predikte het Boeddhisme in China en trof de Shaolin monniken in slechte conditie aan. Bodhidharma zag dat de Shaolin monniken vaak zittend mediteerden en hierbij soms insliepen. Door gebrek aan beweging verkeerde de monniken destijds in slechte conditie. Vastbesloten om te blijven trok Bodhidharma voor lange tijd een nabijgelegen grot in. Deze grot is vernoemd naar Bodhidharma als de Da Mo Dong (Damo Cave).

In de grot heeft Bodhidharma al die tijd gemediteerd en ontwikkelde hij 18 meditatie- en bewegingstechnieken om de Shaolin monniken sterker en mentaal scherper te maken. Deze 18 lichamelijke Qigong oefeningen staan bekend als de "18 hands of Lohan". Ze worden gezien als de "blue prints" van veel vechtkunsten. De Damo Cave is te bezoeken op loopafstand van de Shaolin tempel.